De middenlijn amper voorbij
Of ik hoor iemand boem! zeggen
Boem! en niet opzij leggen
Roept de man schuin achter mij

Het is helder alle ballen
Moeten zo vindt Boem! op doel
Laf geschuif ha dooie boel
Het leer tussen de palen knallen

Eist elke week ons medelid
Glimlachend kijken wij dus om
Als Kasper aanlegt voor een schot

Omdat ie dat van Boem! wel mot
De bal slaat in gelijk een bom
Boem! glundert want zijn pegel zit

Huisdichter Cornelis